donderdag 5 mei 2011

PERSBERICHT: Mijlpaal Nederlandse bahá'í-gemeenschap: verkiezing vijftigste Nationale Geestelijke Raad

De Nederlandse bahá'í-gemeenschap bereikte onlangs een mijlpaal: voor de vijftigste keer in de geschiedenis werd deze maand een Nationale Geestelijke Raad (NGR) gekozen. De NGR is het hoogste nationale bestuursorgaan van de bahá'ís. Hij bestaat uit negen leden, die jaarlijks tijdens een conventie worden gekozen door gedelegeerde bahá'ís uit alle regio’s in Nederland. De Nationale Conventie vond plaats in Conferentieoord De Poort in Groesbeek.

Nederland is een van de tien landen in Europa, die dit jaar voor de vijftigste keer een NGR kozen. Dat gebeurde namelijk ook in Spanje, België, Denemarken, Finland, Italië, Luxemburg, Noorwegen, Portugal, Zweden en Zwitserland. Het Bahá'í-geloof wordt beschouwd als de jongste wereldgodsdienst en is ontstaan in 1844 in Perzië, het huidige Iran. Inmiddels is het geloof geografisch gezien na het christendom de meest verbreide godsdienst ter wereld. De bestuurlijke opbouw begon op kleine schaal in de negentiende eeuw, maar kreeg in de vorige eeuw vaart door de snelle verspreiding van het geloof over alle werelddelen. Inmiddels zijn er wereldwijd meer dan vijf miljoen bahá'ís.

Een van de eerste leden van de NGR in Nederland was journalist Gunter Vieten, die in de beginperiode van de Nederlandse NGR op 32-jarige leeftijd in de raad werd gekozen. ‘We hadden indertijd nauwelijks gedrukt materiaal’, zo herinnert hij zich. ‘De eerste bahá'í-literatuur kreeg ik op een eenvoudig stuk papier. Normaal keek ik niet naar zoiets, maar tot mijn verbazing werd ik gegrepen door de inhoud. Ik was geboren in Duitsland, dus het Nederlands was niet mijn eerste taal. Maar met behulp van vrienden zagen we kans nieuw geschreven en gedrukt materiaal te ontwikkelen. Jaren waren we er heel druk mee bezig’.

Het feit dat vijftig jaar geleden zoveel Europese landen een NGR kozen, droeg later ook bij aan de verkiezing van het Universele Huis van Gerechtigheid. Dat is het eveneens uit negen personen bestaande hoogste bestuursorgaan, dat de zaken van het Bahá'í-geloof wereldwijd behartigt. Gunter Vieten was in april 1963 aanwezig in Israël voor de eerste verkiezing van dit internationale bestuursorgaan, samen met honderden leden van andere NGR’s van over de hele wereld. ‘Ik weet niet of ik geheel begreep waar ik deel van uitmaakte en het is nog moeilijk te begrijpen voor me’, zegt hij. ‘Als journalist gaf ik mijn ogen goed de kost, maar het is nog steeds iets dat mijn normale observatie van dingen te boven gaat’.

De negen gekozen leden van de NGR in Nederland komen uit de plaatsen Ammerzoden, Amsterdam, Den Bosch, Den Haag, Elsloo (Lb), Lelystad, Mijdrecht, Voorhout en Zaandam. Zij behartigen de aangelegenheden van de Nederlandse bahá'í-gemeenschap. Het nationale centrum is gevestigd in Den Haag.

Den Haag, 5 mei 2011

maandag 14 maart 2011

Nieuwjaarskaart sturen aan Bahá’í-leiders in Iran

Amnesty International (VS) roept haar leden op om een kaart te sturen aan gewetensgevangenen in Iran, waaronder de zeven gevangen bahá’í-leiders, ter gelegenheid van het aankomende Perzische Nieuwjaar.

Van de website van Amnesty International:
“Deze Nowruz willen we verschillende moedige gewetensgevangenen in Iran gedenken met kaarten ter gelegenheid van Nowruz. Wij vragen u een simpele Nowruz groet, zoals bij voorbeeld “Nowruz mobarak” te sturen. U kunt bijvoorbeeld ook schrijven “thinking of you at Nowruz time” of “hoping you are well” schrijven. De kaart kunnen in zowel het Engels als het Farsi (Perzisch) gestuurd worden, maar noemt u alstublieft niet Amnesty International of andere specifieke details over de situatie van de ontvanger. Daaronder vallen ook de politieke situatie, mensenrechten en de relatie tussen Amerika en Iran.
U kunt bijvoorbeeld kaarten sturen waarop landschappen, lentebloemen en dergelijken in de geest van deze heilige dag zijn afgebeeld en de boodschap van hoop en vernieuwing wordt geuit.”

“Als onderdeel van de traditionele viering van Nowruz wordt de zogenaamde Haft Sin-tafel opgemaakt. Haft Sin betekend letterlijk ‘de zeven S’en’. Zeven onderdelen die beginnen met de letter ‘sin’ (de letter s) en de lente symboliseren, worden feestelijk op tafel uitgestald. Ter ere van deze traditie heeft Amnesty International dit jaar zeven gevallen geselecteerd die door hen als “individu in gevaar” bestempeld zijn en daarom een intensieve campagne op hen gericht.
Meerdere van hen zijn vanwege vredige acties veroordeeld tot lange celstraffen en hun gezondheidstoestand is slecht.”

“Zeven leiders van de Iraanse Bahá’í-gemeenschap zijn op 7 augustus 2010 veroordeeld tot 20 jaar gevangenisstraf, ondanks het feit dat zij alleen hun religie op een vredige manier willen belijden. Hun vonnis is in september gereduceerd tot 10 jaar en de aanklachten luiden onder andere ‘spionage voor Israël’ en ‘propaganda tegen het systeem’. Zij worden onder erbarmelijke omstandigheden gevangen gehouden en hebben nauwelijks toegang tot een advocaat.”

De kaarten aan de zeven Bahá’í-leiders kunt u sturen naar:
Zendane Rajaee Shahr
Bulvare Moazen
Karaj IRAN

Tevens kunt u een persoonlijke kaart sturen aan de gevangenen en hun families. Via de linkhttp://www.amnestyusa.org/all-countries/iran/nowruz-action/page.do?id=1221020 vindt u achtergrondinformatie over deze personen en hun postadressen.